Ik moet nog weleens de vraag beantwoorden hoe ik in dit prachtig mooie vak ben gerold en dan zeg ik altijd: ” Het is allemaal de schuld van Henk Tuin!”
In 1978, ik was 15, zat op kostschool, en was ik in de Paasvakantie 2 weken thuis. Vlak ervoor belt Ton Fagel, destijds eigenaar van Bistro Klein Paardenburg in my hometown Ouderkerk, met mijn moeder of ik misschien 2 weken de zieke afwasser (Omar, die met mijn zuster wilde trouwen toen ze 11 was) zou kunnen vervangen. Mijn moeder zei direct ja, Ton sputterde nog wat tegen “moet je dat niet even aan Julius vragen”, maar mijn moeder zei dat ik kon, wat zo was!
De eerste dag was natuurlijk een hel, ik had geen idee, één grote klerezooi waarbij ik me ook nog 2 keer sneed, bloed all over the place… De 2de dag snapte ik het en vond ik het zelfs leuk, en de 3de dag…, was Omar beter! Mijn ouders waren, al dan niet met ons, vaste gasten in de Bistro, dus Ton kon mij moeilijk naar huis sturen. “Ga jij dan maar de koude keuken in…” en zo stond ik ineens onder de vleugels van chef Henk Tuin salades en andere koude dingen te maken, te cool voor woorden. Zo is het dus gekomen, het zaadje is geplant door Henk (ik mocht later Henk zeggen).
Toen Henk voor zichzelf begon in Aujourd’hui (Cornelis Kruzemanstraat) was ik er vrijwel direct bij maar nu als gast, die wel Henk’s eitje wilde, maar zonder truffel! Chef Ron (Blaauw) was niet blij met me, maar ik wel met hen want ze kookten mijn keuken, lekker klassiek. La Ciboulette was zijn tweede zaak, in Fort Kwadijk, uiterst onhandig in een bunker, maar ook wel weer een coole plek. En lekker!
Ik denk met liefde terug aan de paar keer dat we in de laatste decennia samen gekookt hebben. De voorbereidingen voor het grote Bocuse-diner in de Kauwgomballenfabriek (“hou die grote pannen maar, ga ik toch niets meer meedoen…”) en met Kraan, Alain en Constant Fonk achter de Patton-grill bij het Bosch op een van de unieke sound-feestjes.
Henk is 10 oktober overleden en ik weet er zomaar een paar die hem echt gaan missen (daar ben ik er een van).